Waarom versnellen e-boilers de energietransitie voor de industrie?

Veel productieprocessen, onder andere in de chemie, de voedingsmiddelen- en de papierindustrie vragen om stoom. “Het grootste deel van die stoom wordt geleverd door gasketels”, zegt Keenan. “ Door een e-boiler naast een bestaande gasketel te plaatsen, krijg je een hybride systeem: een fluitketel en een waterkoker, maar dan op heel grote schaal. Dat biedt de mogelijkheid naar groene stroom om te schakelen op de momenten dat dit aanbod hoog is en de marktprijs dus laag. Op die manier kunnen bedrijven zelfs besparen op hun energiekosten en tegelijkertijd hun uitstoot van CO₂ en stikstofoxiden tot wel 50% terugdringen."

Keenan is ervan overtuigd dat de e-boiler daarmee een grote bijdrage levert aan de volgende stap in de energietransitie: “De e-boiler kan de hoge temperaturen genereren die nodig zijn voor productieprocessen. Met waterstof uit duurzame energie zou dit ook kunnen, maar een groot voordeel van de e-boiler is dat je die stroom rechtstreeks gebruikt om warmte te genereren. Daarbij heeft de e-boiler een efficiëntie van 99%. Je verliest dus geen duurzame energie aan een tussenstap.”

Keenan: “Op piekmomenten in de duurzame energieproductie zetten wij de e-boiler in Ypenburg aan. Wij verwachten daarmee een CO₂-reductie van 5200 ton te realiseren voor het warmtenet en een aardgasbesparing van 2,9 miljoen Nm³, vergelijkbaar met het gasverbruik van bijna 2.500 huishoudens.”Voor industriële partijen die onder het Europese systeem voor emissiehandel vallen, kan de e-boiler en showcase in Ypenburg een interessante business case opleveren. “En die wordt steeds interessanter nu de e-boiler ook in aanmerking komt voor de SDE++-subsidie”, vertelt Keenan. “Zeker nu het verschil in kosten tussen gas en elektriciteit op bepaalde momenten kleiner wordt. Aan de ene kant doordat de gasprijzen stijgen en CO₂-emissie duurder wordt, aan de andere kant doordat er steeds meer energie opgewekt wordt in wind- en zonneparken. Deze ‘piekuren’ met een heel hoge productie aan elektriciteit laten de marktprijs op die momenten zakken, zodat omschakelen naar stroom een kostenbesparing kan opleveren. Helemaal wanneer het systeem van netwerkkosten wordt herzien om de flexibele vraag naar duurzame elektriciteit te stimuleren. Een systeemwijziging die onlangs bijvoorbeeld in Denemarken is doorgevoerd.”

De investering in de e-boiler hoeft geen belemmering te zijn. Keenan: “De kosten van een e-boiler en een gasketel ontlopen elkaar niet veel. En met Eneco hoeven bedrijven die investering niet zelf te doen. Indien gewenst kan Eneco het ontwerp, de financiering, de installatie, het onderhoud én het in- en uitschakelen van de e-boiler op zich nemen. Een andere optie is dat het bedrijf wel zelf investeert in de e-boiler. Wij leveren vervolgens de elektriciteit en geven aan wanneer de e-boiler aan en uit kan. Wij denken daar graag in mee.”

Keenan merkt dat de belangstelling voor deze oplossing toeneemt. “Ik zie dat er een kanteling bij de industrie gaande is. Dat na de duurzaamheidsmanagers nu ook de CFO’s en CEO’s aanschuiven om de energietransitie waar te maken. Zij zien de mogelijkheden om dat nu te doen.

"Dat is óók goed nieuws voor de energietransitie in bredere zin. Want willen we de productie van groene elektriciteit fors uitbreiden, dan moet de vraag verder omhoog. Zeker als we toe willen naar subsidieloze wind- en zonne-energie, zoals de inzet van Eneco is. Een hogere vraag op de juiste momenten neemt de investeringsonzekerheid weg voor de bouw van meer wind en zon. Zo kunnen industriële e-boilers indirect ook een impuls geven aan de groene energieproductie.”